Greenresilient video geeft uitleg over technieken voor een veerkrachtige en minder intensieve glastuinbouw

Kan de biologische glastuinbouw veerkrachtig en minder intensief zijn?  Een nieuwe video van het COREOrganic Cofund project Greenresilient belicht drie innovatieve technieken die getest worden door de partner Groupe de Recherche en Agriculture Biologique (GRAB) in het Greenresilient experiment in Frankrijk:

  • bloemenranden voor het bevorderen van nuttige organismen
  • gemengde gewassen voor het beter gebruik van inputs en om de verspreiding van ziekten en plagen te bemoeilijken
  • het gebruik van mulch om het gebruik van fossiele brandstoffen, noodzakelijk in de productie van plastieken afdekmaterialen, te reduceren,

De video, geproduceerd door FiBL, geeft uitleg over deze drie technieken en de resultaten behaald in het eerste groeiseizoen.(> Watch the video, de video is in het Frans maar Engelse, Duitse en Italiaanse ondertitteling werd voorzien).

Vlaamse partners in het Greenresilient project PCG en ILVO.

In België liggen proeven binnen het Greenresilient project aan op PCG. Twee teeltsystemen in koepels worden met elkaar vergeleken: een Business As Usual (BAU) systeem en een Innovatief (INN) systeem.

  • Het BAU systeem wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van één soort gewas, een basisbemesting met groencompost en de afwezigheid van een groenbedekker tussen de verschillende teelten.
  • In het INN systeem worden steeds verschillende gewassen uit verschillende families samen geplant, gebeurt de basisbemesting met boerderijcompost en wordt er een groenbedekker gezaaid tussen de verschillende teelten.

De zomerteelt van 2019 werd ingevuld door vruchtgewassen met een duidelijk onderscheid tussen BAU en INN. In het BAU systeem stonden er tomaten als hoofdteelt en werd worteldoek gebruikt om onkruid onder controle te houden. In het INN systeem stonden zowel tomaat als komkommer en werd stro gebruikt als afdekmateriaal tegen onkruid. Ook werd in het INN systeem een bloemenstrook met 12 verschillende soorten ingezaaid aan de rand van de koepel.

De vruchtgroenten werden geplant op 15 mei 2019, het einde van de teelt was op 19 september 2019. De teelt werd bewust vroeger geruimd om nog een teelt winterbladgewassen te kunnen zaaien. Opbrengstgegevens van de tomaten tonen aan dat de marktbare opbrengst in het INN systeem met 10.4 kg/m² hoger lag dan de opbrengst van 8.9 kg/m² in het BAU systeem, maar deze verschillen waren niet significant. Kijken we naar het aantal geoogste tomaten in beide systemen, dan zijn er in het INN systeem (51,3 stuks/m²) significant meer tomaten geoogst dan in het BAU systeem (40,8 stuks/m²). Het gemiddeld vruchtgewicht van de tomaten in het INN systeem lag met 201,1 g dan ook significant lager dan in het BAU systeem (219,4 g). De marktbare opbrengst die verloren ging door vroeger te ruimen bedroeg 4,3 kg/m² in het BAU systeem en 3,06 kg in het INN systeem. De opbrengst van de komkommers in het INN systeem bedroeg 46,5 stuks/m².

Naast de opbrengst werd ook de onkruiddruk en de aanwezigheid van nuttige en schadelijke insecten opgevolgd. Het werd al snel duidelijk dat stro minder efficiënt is in het tegenhouden van onkruid dan de worteldoek.  Tarwekorrels die nog tussen het stro aanwezig waren en gekiemd zijn, vormden het grootste aandeel onkruiden in het INN-systeem. Wieden om voldoende luchtcirculatie onderaan de vruchtgewassen te garanderen was noodzakelijk. Ook in de winterbladgewassen die na de vruchtgroenten gezaaid en geplant werden, was er duidelijk een hogeren onkruiddruk in het INN systeem in vergelijking met het BAU-systeem. Rondom de bloemenrand werd vanaf bloei veel insectenactiviteit waargenomen, maar ook de onkruiden groeiden goed in de bloemenrand. Algemeen werden iets meer pestsoorten waargenomen in het INN systeem, maar ook het leger aan natuurlijke vijanden was een stuk groter in het INN systeem dan in het BAU systeem. Vooral zweefvliegen en gaasvliegen waren sterk vertegenwoordigd in het INN systeem.

Meer informatie over het Greenresilient project?

Bron: https://projects.au.dk/coreorganiccofund/